Pre- klinisch redeneren
Op deze pagina heb ik een casus uit de praktijk volgens het pre- klinisch redeneren uitgewerkt.
Pre- Klinisch Redeneren (PCR)
Naam: |
Groep: |
Thema: |
Datum: |
|
|
|
|
Wat is in het kort het onderwerp waar deze PCR over gaat: Vrouw van 76 met krachtsverlies en afhangende mondhoek.
|
Melding van de MKA |
Wakker geworden met krachtsverlies rechter arm en been. Heeft een scheef gelaat. |
urgentie |
A1 |
Aanrijroute ( voor ACH) |
De weg is goed begaanbaar, kunnen de ambulance op de oprit parkeren. |
1 |
ORIËNTATIE VAN DE SITUATIE |
Veiligheid |
Veilige omgeving. Konden op de oprit uitstappen. Er was een hond aanwezig maar deze zat in de benche. |
Lees het ongeval |
Mw. ligt in bed op ons te wachten. Heeft een rustige ademhaling en een goed huidskleur. |
|
Patiënt Assessment Triangle (PAT) |
Appereance (houding) |
Ligt in bed. |
Work of Breathing (hoeveel moeite met ademhaling) |
Rustige ademhaling met een frequentie van 16. |
Circulation to Skin (kleur van de huid en uitwendige bloedingen) |
Heeft een normale huidskleur. Niet bleek of grauw. |
Conclusie van de PAT |
Niet ziek / Zorgelijk / ernstig ziek *doorhalen wat niet van toepassing is |
|
|
|
Sitrap MKA |
( M ) Mechanisme |
|
( E ) Exact Location |
Locatie komt overeen met de melding. |
( T ) Type of Incident |
Melding klopt. We gaan mw. eerst verder onderzoeken |
( H ) Hazards |
|
( A ) Access route |
Route is goed begaanbaar. |
( N ) Number of victims |
|
( E ) Emergency services |
|
2 |
ACUTE PROBLEEMSTELLING |
Airway |
Vrije ademweg |
Breathing |
Ah frequentie van 16 Saturatie: 96% Gebruikt hulpademhalingsspieren: nee Gestuwde halsvenen: nee Thoraxbeweging: symmetrisch Thracheadeviatie: nee Auscultatie: vesiculair ademgeruis over alle longvelden Palpatie:Geen bijzonderheden. |
Circulation |
Frequentie: 63 Huidskleur: normaal Tensie: 206/ 113 Cappilaire refill: < 2 sec Heeft een SR |
Disability |
Is wat suffig. E3M5V4 Glucose 5.3 |
Exposure |
Is wakker geworden met krachtsverlies en een afhangende mondhoek. Is suf en nog wat gedesoriënteerd. Terwijl wij bij mw. zijn lijkt ze iets op te knappen, we is minder suf, weet waar ze is en heeft geen afhangende mondhoek meer. Alles bij elkaar heeft dit zo,n 30 minuten geduurd. |
Acuut probleem = |
Mw. is suf, heeft krachtsverlies en heeft een afhangende maagsonde. |
Wat is je eerste werkdiagnose |
CVA. |
|
Pre klinisch redeneren |
Welke (waarschijnlijkheid)werkdiagnose kunnen ook mogelijk zijn bij deze patiënt |
CVA Tia Hypoglycemie Sab
|
Beschrijf waarom je bovenstaande (waarschijnlijkheid) werkdiagnoses wel of niet in de fysiologie van je patiënt passen |
Omdat alle klachten weer verdwenen terwijl wij bij mw. waren kunnen we een CVA uitsluiten. We hebben een bloedsuiker gecontroleerd en deze was 5,3 dus een hypoglycemie kunnen we ook uitsluiten. Omdat mw. geen last heeft van hevige hoofdpijn en ze niet suf meer is kunnen we een sab ook uitsluiten. Omdat alle klachten nu verdwenen zijn kunnen we wel met zekerheid zeggen dat dit een tia was. |
Wat is de pathofysiologie van de werkdiagnose die jij definitief bij de patiënt stelt |
Een Tia ( transient ischaemic attack) een voorbijgaande ischemische aanval. Dit is een neurologische aanduiding voor een bepaalde gebeurtenis in het centraal zenuwstelsel. De bloeddoorstroming van een ( groter of kleiner) deel van de hersenen wordt even onderbroken door een niet nader gesprecificeerde oorzaak ( meestal een stolseltje) maar de verschijnselen die dit teweeg brengt zijn binnen 24 uur geheel verdwenen. Is dit laatste niet het geval dan betreft het per definitie geen TIA. Verdwijnen de verschijnselen wel volledig , maar duurt dit langer dan 24 uur, dan spreekt men van een RIND (reversible ischeamic neurologic deficit). Bij zeer nauwkeurig onderzoek blijkt overigens dat veel TIA,s toch niet helemaal overgaan en dus eigenlijk geen TIA,s waren. Verdwijnen de verschijnselen niet volledig, dan spreekt men ook wel van een CVA. De verschijnselen hangen af van het getroffen deel van het brein. Vaak een tijdelijke verlamming van een lichaamsdeel of gelaatshelft, of een onvermogen te spreken of taal te begrijpen. Hoewel een TIA op zichzelf weinig ernstige gevolgen heeft, is het belangrijk er aandacht aan te schenken omdat het een belangrijke voorspeller is voor het optreden van een ernstigere beroerte. Het is belangrijk om de bestaande risicofactor zoveel mogelijk aan te pakken, en dat wil zeggen stoppen met roken (verreweg de grootste winst is hiermee te halen), een eventueel te hoge bloeddruk reguleren, eventuele diabetes zo goed mogelijk behandelen, cholesterol verlagen, en de aggregatie van bloedplaatjes remmen. Als dit allemaal lukt is de kans op herhaling of op een grotere beroerte flink verlaagd (maar nog steeds flink hoger dan bij de gezonde bevolking). Tia's ontstaan meestal bij mensen met huypertensie en tekenen van atheromatose. De meeste zijn waarschijnlijk het gevolg van kleine stolseltjes die van atherosclerotische plaques loskomen, stroomafwaarts spoelen en vastlopen in een vaatje met een kleinere diameter alvorens op te lossen. Sommige embolieën komen uit het hart, andere uit de arteria carotis. Het is zinvol om te controleren of er misschien atriumfibrilatie bestaat, waar dan soms wat aan gedaan kan worden, en of er een belangrijke obstructie van de a. carotis bestaat die soms kan worden geopereerd. Een derde van de mensen die een beroerte of TIA heeft doorgemaakt wordt depressief. Langdurige suppletie met foliumzuur, vitamine B6 en vitamine B12 blijkt de kans op depressie na een beroerte of TIA met 50% te kunnen verlagen.[1]
|
|
|
3 |
AANVULLEND ONDERZOEK |
Gegevens uit Top-teen-onderzoek |
Hoofd:geen bijzonderheden Nek: geen bijzonderheden Hals: geen gestuwde halsvenen of tracheadeviatie Thorax: VAG; symmetrische thoraxbewegingen, geen afwijkingen Schouders: geen afwijkingen Armen: Geen afwijkingen. Armen hebben beiderzijds een normale motoriek. Handen: goed gevulde pols Abdomen: Geen buikklachten Bekken: geen bijzonderheden Benen: normale motoriek Voeten: geen bijzonderheden. Rug: geen bijzonderheden. |
AMPLE |
A= geen M= Simvastatine Thyrax Enalapril Betaminide Omeprazol P= Maagklachten Arthrose Osteoporose Nieuwe knie en nieuwe schouder Prothese L= Gisteravond E= Had bovenstaande klachten maar is nu volledig klachtenvrij. |
Glascow Coma Scale / Revised Trauma Score |
E4M6V5 |
APGAR |
|
|
Préhospital onderzoeks stappen |
Welke onderzoeksmethoden heb je gebruikt |
ABCD-E methode, top-teen onderzoek en de fast test. |
4 |
PROTOCOLLAIR BELEID |
LPA |
Geen. |
|
Préhospitale behandel prioriteiten |
Hoe heb je de behandeling uitgezet? Wat deed je eerst? |
Omdat mw. haar klachten volledig waren verdwenen, hebben we mw. alleen naar het ziekenhuis vervoerd en verder geen behandeling gedaan. |
5 |
VERLOOP |
Airway |
Vrij |
Breathing |
Rustige ademhaling, freq 16, sat 96% zonder o2 |
Circulation |
Blijft hypertensief 205/ 115 met een pols van 69, goede kleur. |
Disability |
E4M6V5 is alert en goed aanspreekbaar. |
Exposure |
Klachten zijn volledig verdwenen. |
|
Préhospital organigram |
Zie je een verandering van de situatie |
Ja de klachten zijn helemaal weg. |
Acuut probleem |
Opgelost |
Wat houdt dat in voor de fysiologie |
|
Wat is de pathofysiologie hierachter |
|
Wat is je actie hierop geweest |
|
6 |
OVERDRACHT/EVALUATIE |
|
MIST |
Mechanisme |
Vrouw van 76 met krachtsverlies, sufheid en afhangende mondhoek. |
Injury |
Alle klachten zijn verdwenen. |
Signs |
A=vrijdag B= rustige ademhaling, maakt geen gebruik van hulpademhalingsspieren. C= Hypertensief 205/115 pols 69. D= A goed aanspreekbaar. Pupillen isocoor positief. |
Treatment |
geen |
|
|
|
SBAR |
Situation(situatie,probleem) |
|
Background(achtergrond, Voorgeschiedenis) |
|
Assessment (beoordeling, Inschatting) |
|
Recommendation(aanbeveling) |
|